Uw dermatoloog heeft met u gesproken over dermatocorticosteroïden of corticosteroïden voor de huid. Corticosteroïden worden ook wel ‘hormoonzalven’ genoemd. In deze foldertekst wordt over hormoonzalven gesproken.
In 1952 kwamen hormoonzalven op de markt. Het was in die tijd nog niet verplicht om medicijnzalf eerst uitgebreid te testen. Hierdoor bleek pas tijdens het gebruik dat er bijwerkingen optraden. Dit is de reden dat hormoonzalven een slechte naam hebben gekregen. Maar dat is niet terecht, omdat in de loop van de tijd afbouwschema’s en minder sterke hormoonzalven zijn ontwikkeld, waardoor deze medicijnen met goede instructie van uw arts veilig gebruikt kunnen worden. In deze folder leest u hier meer over.
Hormoonzalven zijn zalven, crèmes of lotions waar een medicijn in zit wat is afgeleid van het lichaamseigen hormoon cortisol. Het hormoon cortisol wordt door de bijnieren gemaakt uit cholesterol. Cortisol heeft veel belangrijke functies voor ons lichaam. Eén van deze functies is het remmen van ontsteking. Een andere functie is het remmen van celdeling.
Hormoonzalven werken als ontstekingsremmer en zorgen dat de cellen minder snel delen. Ze worden veel gebruikt bij verschillende huidaandoeningen, onder andere bij eczeem en psoriasis. Ze onderdrukken klachten van roodheid, zwelling en jeuk van de huid.
Hormoonzalven zijn verkrijgbaar in verschillende sterktes. Op basis hiervan worden ze ingedeeld in verschillende klassen (zie onderstaande tabel).
Klasse 1 (zwak) tot klasse 4 (zeer sterk). De sterkte geldt zowel voor de werking als voor de bijwerking. Als u de juiste sterkte gebruikt, werken hormoonzalven goed. Binnen een week nemen jeuk, zwelling en roodheid af. Het is belangrijk om niet direct te stoppen na het eerste effect.
Lees hierover meer onder ‘hoeveel mag u smeren’.
Om te weten hoeveel zalf per lichaamsdeel nodig is, is onderstaand schema gemaakt. Dit schema gaat uit van de vingertop als maateenheid. Met één vingertopeenheid (VTE) kunt u een gebied ter grootte van uw handpalm insmeren.
In het begin van de behandeling gebruikt u de hormoonzalven dagelijks. Als de huid geneest, is het belangrijk dat u niet direct stopt met smeren. Onder de huid is uw huidziekte namelijk nog actief en als u direct zou stoppen, kan de huidziekte meteen weer terugkomen. Het is belangrijk om na verbetering van de huid de zalf of crème langzaam af te bouwen (steeds iets minder vaak smeren) voor een zo goed mogelijk resultaat. Uw arts zal voor uw situatie een passend schema voorstellen.
Uw huid kan extra gevoelig zijn door uw huidziekte, waardoor alles waar de zieke huid mee in aanraking komt een prikkend, vervelend gevoel geeft. Dit kan dan ook gebeuren de eerste dagen nadat u hormoonzalven gebruikt. Stop niet met smeren als dit gebeurt. Na een paar dagen smeren, is dit gevoel meestal verdwenen.
Andere bijwerkingen komen alleen voor na weken tot maanden gebruik. De meest voorkomende bijwerkingen (op de huid waar u smeert) zijn:
De kans op deze bijwerkingen neemt toe als u een sterkere hormoonzalf gebruikt (klasse 3 of 4). Ook hebt u meer kans op deze bijwerkingen als u de hormoonzalf in het gezicht en / of de lichaamsplooien gebruikt. Het gebruik van klasse 1 of 2 hormoonzalven leidt bijna nooit tot bijwerkingen, ook niet in het gezicht. Als u de hormoonzalven afbouwt en daardoor een aantal dagen van de week niet smeert, is het veilig om langdurig klasse 3 hormoonzalven te smeren.
Systemische bijwerkingen zijn de bijwerkingen die kunnen optreden doordat de hormoonzalf via de huid opgenomen wordt in het bloed.
Bij klasse 1 en 2 hormoonzalven gebeurt dat in de praktijk eigenlijk niet. Bij klasse 3 en 4 gebeurt dit wel als er meer dan 10 gram hormoonzalf gesmeerd wordt op een zieke huid. Dit kan de aanmaak van de eigen cortisolproductie door de bijnier remmen. Hierom is het belangrijk als u klasse 3 en 4 hormoonzalven dagelijks gebruikt, het smeren na enkele weken zo mogelijk af te bouwen.
Het is belangrijk om een uur voor en een uur na het aanbrengen van een hormoonzalf geen andere zalven te gebruiken. Anders kan het zijn dat het medicijn minder goed werkt.
Uw arts schrijft soms naast hormoonzalf een antibacteriële en / of een antischimmel zalf voor. Schimmels en bacteriën groeien makkelijker in een zieke huid. Daarom wordt soms een combinatie van 2 verschillende zalven door uw arts geadviseerd.
Hebt u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u deze met uw arts of verpleegkundige bespreken.
In onderstaand schema kunt u invullen wanneer u de voorgeschreven hormoonzalf gebruikt heeft